skip to Main Content

De warmtetransitie schreeuwt om leiderschap. Hoe krijg je mensen mee?

Het werkveld van de warmtetransitie is uitdagend en volop in beweging. Heel Nederland voorzien van een alternatief voor aardgas betekent het leggen van een complexe puzzel met gebruik van diverse duurzame bronnen en de nieuwste technologie. Kennis van nu kan morgen alweer achterhaald zijn. Bovendien is het een puzzel die we nooit eerder met elkaar hebben gelegd – de warmtetransitie kenmerkt zich door pionieren en uitproberen.

Hoe zorg je dan dat je als professional stevig staande blijft? En hoe ga je anderen mensen meekrijgen met je ambities? Christien Reichardt, ervaren trainer in invloed en persoonlijk leiderschap en manager opleidingen bij het NIWT, deelt haar tips en inzichten.

 

Weet waar je voor gaat

“Voor mij begint leiderschap met weten waar je naartoe wilt: een duidelijke stip op de horizon zetten. Met je eigen droom als houvast kun je zelf actief gaan sturen in plaats van reactief ‘dealen’ met alles wat er op je afkomt in de warmtetransitie. Je eigen doelen nastreven geeft energie én maakt dat je anderen kunt inspireren dezelfde kant op te bewegen. Daarom is het formuleren van een persoonlijke missie altijd een belangrijk onderdeel in de programma’s die ik verzorg. Vaak hebben deelnemers daar een hoop voorbereiding- en reflectietijd voor nodig, maar als ze eenmaal een persoonlijke missie geformuleerd hebben, zie je dat hun ogen gaan stralen. Dat vind ik zo mooi om te zien!”

Durf keuzes te maken

“Wat ik veel hoor bij deelnemers aan onze programma’s (zoals de brede opleiding Professional in de warmtetransitie of de training Persoonlijk leiderschap in de warmtetransitie) is dat ze het lastig vinden om te kiezen voor een bepaalde oplossing. In de warmtetransitie moeten we nu keuzes maken die grote gevolgen hebben voor de komende 10 tot 30 jaar, zonder dat we precies weten wat er in die periode gaat gebeuren. Lastig, want juist hoogopgeleide professionals zijn gewend om hun keuzes te baseren op veel onderzoek en data. Het helpt om het maken van een keuze als doel te stellen en hierop te reflecteren: “Welke keuze kan ik met de kennis van nu het beste maken? Hoe zorg ik dat die keuze voor mij verantwoord is? Wat heb ik daarvoor nog nodig?”

Growth mindset

Dat betekent volgens Christien vooral dat je een andere mindset nodig hebt. Veel startende professionals lopen vast met het idee dat ze alle kennis in huis moeten hebben om overtuigend te zijn en om stappen te zetten. “In de warmtetransitie kun je nooit alles weten. Sterker nog, er is niemand die ALLES weet over alle diverse thema’s die een rol spelen in de transitie. Mijn advies: sta jezelf toe dat je niet alles hoeft te weten en besef dat je het niet alleen hoeft te doen. Schakel de hulp in van andere experts, ga samen op onderzoek uit en zie het werken aan de opgave van de warmtetransitie als een mooie leerervaring. Het hebben van een zogeheten growth mindset geeft bewezen minder stress en meer werkplezier”.

Stem af op de ander

“Leiderschap werkt van binnen naar buiten. Het begint met zelf een stevig fundament creëren op basis van je eigen kernwaarden en je eigen missie, vervolgens wil je anderen daarin meennemen. Daarvoor heb je sterke communicatie skills nodig: je moet niet alleen overtuigend, maar ook inspirerend kunnen zijn. En kunnen omgaan met de weerstand die je als vanzelfsprekend kunt verwachten wanneer je verandering wilt teweegbrengen. Mijn belangrijkste advies daarin is: stem goed af op degene die je tegenover je hebt. Jouw verhaal klinkt richting een bestuurder met veel technische kennis heel anders dan naar een bewoner die zich zorgen maakt. Overtuigen, inspireren en omgaan met weerstand zijn vaardigheden die je goed kunt ontwikkelen en komen daarom ook uitgebreid aan bod in onze opleiding Professional in de warmtetransitie.

 

Ben je benieuwd geworden naar ons aanbod? Wil je een – geheel vrijblijvend – persoonlijk adviesgesprek om te zien hoe het NIWT je kan helpen? Stuur dan een bericht naar christien.reichardt@niwt.nl en dan neem ik contact met je op!

Warmtenet

Warmtenetten ontwikkelen: de mogelijkheden, uitdagingen en stappen

(Beeld DNWG/Enduris)

Warmtenetten leveren een belangrijke bijdrage aan de overgang naar aardgasvrij wonen. Wat komt er allemaal kijken bij de ontwikkeling en aanleg van een warmtenet? Ludo de Haan van het NIWT vertelt over de succesfactoren voor professionals die de ontwikkeling van warmtenetten verder willen brengen.

Om de doelstellingen van het Nederlandse Klimaatakkoord te halen, is het nodig dat in 2030 ongeveer 1,5 miljoen bestaande woningen zijn verduurzaamd en daardoor minder CO2 uitstoten. De warmtesector ziet de aanleg van warmtenetten als een belangrijke route naar de klimaatneutrale gebouwde omgeving die uiteindelijk in 2050 moet zijn gerealiseerd. Momenteel zijn zo’n 450.000 woningen in Nederland aangesloten op een warmtenet. Volgens het Warmtepact, een samenwerking tussen Natuur & Milieu, de Natuur- en Milieufederaties en vijf Nederlandse warmtebedrijven, is de opgave nu om nieuwe netten aan te leggen, bestaande netwerken uit te breiden en de bronnen te verduurzamen. Het Warmtepact werkt toe naar 1,2 miljoen aansluitingen op een warmtenet in 2030.

Hoe werkt een duurzaam warmtenet als onderdeel van de lokale warmtetransitie?

“Een warmtenet is altijd een middel, geen doel op zich”, benadrukt Ludo de Haan, directeur van het Nederlands Instituut voor de Warmtetransitie (NIWT). Ludo verzorgt enkele modules in de opleiding en cursussen van het NIWT en is al jarenlang actief in de warmtetransitie. Zo werkte hij bij netbeheerder Alliander, warmtebedrijf Stadsverwarming Purmerend en energiebedrijf Engie. “In de zoektocht naar een alternatief voor aardgas voor warm water in woningen kunnen verschillende bronnen een oplossing bieden, die stapsgewijs worden verbonden met de diverse wijken in een gemeente of provincie. Een aardgasvrije oplossing is dan ook in eerste instantie een uitwerking van de mogelijkheden van lokale bronnen, en een duurzaam warmtenet legt vervolgens de basis voor een onderlinge koppeling van de beschikbare lokale bronnen met de afnemers.”

Warmtenetten maken het mogelijk om de lokale warmtetransitie aan te pakken. Ludo licht toe: “Om te komen tot een duurzaam warmtenet voor een specifieke wijk, is er naast de inzet van duurzame bronnen ook aandacht nodig voor de isolatie van het vastgoed om de warmtevraag te beperken. Dat betekent bijvoorbeeld dat woningeigenaren worden gestimuleerd om isolatiemaatregelen te nemen en dat woningcorporaties worden ondersteund bij de verduurzaming van de vastgoedportefeuille.”

Hoe werkt een warmtenet als duurzame oplossing die klaar is voor de toekomst?

In 2020 ligt de gemiddelde CO2-uitstoot van warmtenetten in Nederland bijna de helft lager dan de uitstoot van een cv-ketel op aardgas, zo blijkt uit het Warmtenet Trendrapport 2021. De warmtesector verwacht dat de verdere groei van duurzame warmtebronnen leidt tot een gemiddelde CO2-reductie van zeventig procent in 2030. Daarmee zijn duurzame warmtenetten een significant onderdeel van toekomstbestendige oplossingen voor de energietransitie.

De ontwikkeling van een warmtenet bestaat uit een gefaseerde aanpak met een lange doorlooptijd, zegt Ludo, die in de NIWT-cursus “Ontwikkelen van warmtenetten” zijn kennis deelt over onder meer de toekomstige Warmtewet, de actuele marktmodellen en de governance voor warmteprojecten. De vraag “hoe werkt een warmtenet ontwikkelen in de praktijk?” staat centraal. “Welke bronnen zijn er lokaal beschikbaar? Wat is de warmtevraag van de gebouwde omgeving? Welke stakeholders zijn er nodig om de ontwikkeling van een collectieve oplossing op te starten? Welke partnerships zijn er mogelijk om tot een sluitende businesscase te komen? Hoe gaan we om met de onrendabele top: zijn er subsidies mogelijk, of zijn er partijen die een deel van het risico gaan dragen? Pas als de antwoorden op al deze vragen voldoende zijn uitgewerkt, gaat de realisatiefase van start.”

De stapsgewijze aanpak heeft als voordeel dat in de ontwikkeling van warmtenetten steeds rekening wordt gehouden met innovaties. “De verwachting is bijvoorbeeld dat warmtepompen in de nabije toekomst geschikt zijn voor woningen met een vraag naar hogetemperatuurwarmte. Daarmee kan bijvoorbeeld de inzet van onder meer biomassa worden uitgefaseerd.” De warmtesector investeert ondertussen al in onderzoeken en pilots om duurzame bronnen zoals geothermie en aquathermie toe te passen.

 

Welke stappen zijn essentieel voor de ontwikkeling van een warmtenet?

Nu gemeenten werken aan de invulling van wijkuitvoeringsplannen, worden initiatieven voor lokale warmtenetten steeds concreter. Toch duurt het al snel zo’n vijf tot tien jaar voordat de ideevorming uitmondt in projectrealisatie. Ludo: “De techniek achter een warmtenet is bewezen effectief. Maar er komen zó veel meer aspecten bij de aanleg kijken: de onderzoeken naar de warmtebronnen en -vraag, het stakeholdermanagement, de financiering, de businesscase… En vergeet vooral ook niet het maatschappelijke draagvlak en de samenwerking met alle betrokken partijen. Wie is de juiste marktpartij om de ontwikkeling, realisatie en exploitatie te verkennen? Hoe komen we in samenwerking met ontwikkelpartners tot een oplossing die duurzaam, betrouwbaar én betaalbaar is?”

Een cruciale stap in de ontwikkeling van een warmtenet heeft te maken met de inzet van de expertise van partners. “In tenders en aanbestedingen wordt nogal eens strikt voorgeschreven wat er van marktpartijen wordt gevraagd”, signaleert Ludo. “Maar je maakt beter gebruik van de expertise van je partners als je de parameters en kaders schetst waaraan aanbiedingen moeten voldoen. Op basis van de ingediende plannen kan je dan concreet aan de slag met een integrale business case waarin de kosten van alle partners worden meegenomen.”

Het goede gesprek als succesfactor

De warmtetransitie is een relatief nieuw thema, en de ontwikkeling van nieuwe warmtenetten is nog vaak het domein van business developers. Maar ook andere professionals krijgen er in toenemende mate mee te maken. Ludo: “Dat roept nieuwe vragen op over bijvoorbeeld de optimale samenwerking. Welke disciplines zijn aangehaakt? Wie doet wat? Is er intern draagvlak?”

De vraagstukken maken duidelijk dat professionals voor een succesvolle aanpak van warmtenetten niet alleen inhoudelijke kennis nodig hebben, maar ook praktische vaardigheden. “Hoe houd je overzicht over alle complexe ontwikkelingen? Hoe krijg je mensen mee? Hoe breng je een overtuigend verhaal? Hoe inspireer je collega’s en partners?” Uiteindelijk is het goede gesprek volgens Ludo een essentiële succesfactor. “Als je de belangen van de diverse betrokkenen op tafel legt, kan je samen werken aan een oplossing die íedereen verder brengt: de gemeente, de woningcorporatie, de energieleverancier, de netbeheerder en – natuurlijk – de bewoners voor wie je het uiteindelijk allemaal doet.”

Met de driedaagse NIWT-cursus Ontwikkelen van warmtenetten krijgt je als professional inzicht in alle aspecten van het vraagstuk. Samen met vakgenoten leer je de ontwikkeling van een lokaal warmtenet te doorgronden vanuit verschillende perspectieven. Van het technische ontwerp tot de business case.

Aanvliegroutes Om De Transitievisie Warmte Naar De Volgende Fase Te Brengen

3 aanvliegroutes om de Transitievisie Warmte naar de volgende fase te brengen

De Transitievisie Warmte is ingediend, en nu? Hoe komen gemeenten van strategie naar uitvoering? Het NIWT zet de next steps voor gemeenteambtenaren op een rij.

In heel Nederland staan gemeenten in de startblokken om de lokale Transitievisie Warmte uit te werken naar praktische plannen voor specifieke wijken. Een spannende nieuwe fase in de route naar aardgasvrije wijken. Het goede nieuws: er zijn allerlei inzichten, instrumenten en inspirerende voorbeelden om de Transitievisie Warmte uit te werken tot Wijkuitvoeringsplannen. Het NIWT, het onafhankelijke kennis- en opleidingsinstituut voor de warmtetransitie, zet de 3 aanvliegroutes op een rij die we veel tegenkomen vanuit ons netwerk.

 

Een leidraad Transitievisie Warmte

De laatste jaren is er veel energie gestoken in de ontwikkeling van een gedragen Transitievisie Warmte. Gemeenten hebben hierbij vaak gebruik gemaakt van de leidraad transitievisie warmte van het Expertisecentrum Warmte (ECW). Deze leidraad transitievisie warmte is een hulpmiddel om als gemeente in samenspraak met lokale stakeholders, zoals woningcorporaties en netbeheerders, de strategische opties te verkennen om wijken aardgasvrij te maken – en om het tijdpad te schetsen dat daarvoor nodig is.

De vervolgstap is nu het opstellen van Wijkuitvoeringsplannen voor de wijken die als eerste aardgasvrij worden gemaakt. Daarin wordt de visie uit de transitievisie warmte uitgewerkt tot een concreet plan van aanpak en gaan op zoek naar de antwoorden op complexe vragen. Wat is de beste oplossing voor de buurt? Welke technische en financiële aandachtspunten zijn er? Hoe betrekken we bewoners bij de planvorming?

Om gemeenten te helpen om onderbouwde keuzes te maken biedt ECW nu de strategiefactsheets. Ook de antwoorden op veelgestelde vragen van het Programma Aardgasvrije Wijken (PAW) geven inzichten om tot een plan van aanpak te komen. Het afwegingskader van het PAW geeft praktische handvatten om als gemeente invulling te geven aan de gewenste regierol. Het motto is duidelijk: de transitie is van ons allemaal en er zijn steeds meer gidsen om professionals daarbij te ondersteunen.

 

Data als houvast bij een plan van aanpak Transitievisie Warmte

De startanalyses die zijn uitgevoerd om de Transitievisies Warmte op te stellen, maken het al duidelijk: cijfers en feiten zijn onmisbaar om alle complexe afwegingen te maken. Met slimme tooling komt in de vervolgfase voor een plan van aanpak transitievisie warmte ook steeds de juiste informatie in beeld.

Zo helpt de rekentool van het PAW om een businesscase op te stellen voor het aardgasvrij maken van bestaande wijken. De warmteprofielentool van de WarmteTransitieMakers geeft – visueel – inzicht in de toekomstige warmtevraag én de optimale koppeling tussen duurzame warmtebronnen en specifieke buurten en wijken. In het Nationaal Warmtenet Trendrapport zijn landelijke cijfers te vinden over onder andere de warmtesector, de duurzaamheid en betrouwbaarheid van de huidige warmtenetten, en de vernieuwende ontwikkelingen die ons nog te wachten staan. Het meest recente rapport signaleert onder andere een opmars van smart grids en een groei in de actieve betrokkenheid van bewoners bij collectieve warmte-initiatieven. Met dergelijke inzichten komen we verder voor een concreet plan van aanpak Transitievisie Warmte.

 

Wegwijzers voor en uit de praktijk

Leren doen we samen. Dat is een belangrijk uitgangspunt van het werk van het NIWT. Ook gemeenten kennen als geen ander de kracht van kennisdeling. Op een onontgonnen terrein zoals de warmtetransitie is er veel te leren van de koplopers uit de praktijk. Dat gebeurt via de PAW-proeftuinen, maar ook via onder andere het ECW, het collectief WarmingUP en Stichting Warmtenetwerk.

Stichting Warmtenetwerk deelt bijvoorbeeld in de online wegwijzer voor warmtenetten uiteenlopende praktijkvoorbeelden die gemeenten (en trouwens ook woningcorporaties) verder helpen in de zoektocht naar duurzame warmte-oplossingen die klaar zijn voor de toekomst. Een aardgasvrije warmtevoorziening vraagt immers vandaag om actie, maar slaagt alleen als de oplossing ook echt aansluit bij de wereld van morgen.

In de NIWT-cursus “Van Warmtevisie naar Wijkuitvoeringsplan” gaan de deelnemers aan de slag met een eigen wijkuitvoeringsplan. De docenten geven concrete handvatten voor de procesmatige aanpak, delen de learnings van koplopers en lichten de actuele tools toe. Daarnaast staat er intervisie op het programma, die in het teken staat van de praktijkervaringen en casuïstiek van de deelnemers.

De tweedaagse cursus “Warmtetransitie voor ambtenaren” is speciaal ontwikkeld voor professionals in de publieke sector. In het programma staat de uitwerking van concrete plannen centraal, en worden diverse best practices en tools uitgelicht.

De meestgestelde vragen over de warmtetransitie

De Nederlandse warmtetransitie is in volle gang. Steeds meer professionals uit allerlei sectoren krijgen te maken met deze overgang naar aardgasvrij verwarmen. Maar wat is nu de status van deze transitie? En hoe gaan we volgende stappen zetten? Het NIWT beantwoordt de vragen die we uit de praktijk het meeste horen.

Wil jij alle ins & outs van de opgave snel leren kennen? Kijk dan eens bij de cursus “Introductie in de warmtetransitie”

1. Hoe verhoudt de warmtetransitie zich tot de energietransitie?

De doelen voor de energietransitie zijn vastgelegd in het Nederlandse klimaatakkoord. De ambitie is om de CO2-uitstoot in 5 sectoren (mobiliteit, industrie, elektriciteit, landbouw en de gebouwde omgeving) de komende jaren fors terug te dringen. Het gaat om een totale reductie van 49% in 2030 en 95% in 2050 (ten opzichte van 1990).

Om deze doelen te kunnen behalen, moeten we de gebouwde omgeving klimaatneutraal maken. Deze warmtetransitie houdt in dat we overstappen op duurzame bronnen, dus zonder CO2-uitstoot, om woningen en andere gebouwen te verwarmen en koelen. Momenteel is zo’n 95% van alle Nederlandse huishoudens aangesloten op het aardgas. Woningen zijn daarmee verantwoordelijk voor 11% van de totale uitstoot van broeikasgassen in Nederland. De warmtetransitie levert dus een belangrijke bijdrage aan de gehele energietransitie.

In de dertig Nederlandse regio’s zijn inmiddels Regionale Energiestrategieën (RES’en) opgesteld, die onder andere de opties voor de warmtetransitie beschrijven. De RES geeft input voor de Transitievisie Warmte, waarin de gemeente de route naar aardgasvrije wijken schetst. De nationale energietransitie krijgt hiermee een praktische doorvertaling naar de lokale warmtetransitie.

2. Wat maakt de warmtetransitie zo complex?

De uitvoering van Transitievisie Warmte gebeurt onder regie van de gemeente. Maar ook onder meer provincies, waterschappen, netbeheerders, projectontwikkelaars, woningcorporaties, energieproducenten, maatschappelijke organisaties en burgers spelen een rol in de overgang naar een duurzame gebouwde omgeving. De afstemming tussen alle partijen is een voorwaarde om tot de juiste lokale warmte-oplossingen te komen.

De actuele vraagstukken in de warmtetransitie zijn veelal multidisciplinair van aard, en er liggen geen standaardantwoorden klaar. Zo zijn investeringen in oplossingen voor de lange termijn nodig, terwijl er nog onduidelijkheid is over bijvoorbeeld de succesfactoren voor aardgasvrije wijken. Er spelen ook complexe issues zoals de financiering van collectieve warmtenetten, de optimale samenwerking tussen de verschillende onderdelen van de warmteketen, en lokaal draagvlak voor de overstap naar aardgasvrij wonen. Overheden staan voor de opgave om thema’s zoals betaalbaarheid, betrouwbaarheid en duurzaamheid in de warmteketen te borgen.

Tegelijkertijd creëren juridische en technische ontwikkelingen nieuwe mogelijkheden én uitdagingen. Zo geeft de nieuwe Warmtewet lokale en regionale overheden naar verwachting meer zeggenschap over de aanleg van een warmtenet. De belofte van de zogenoemde vijfde generatie warmtenetten is dat daarmee slimme energie-uitwisseling tussen verschillende soorten gebouwen mogelijk wordt.

3. Wat is er nu nodig om de warmtetransitie tot een succes te maken?

Gemeenten hebben de afgelopen jaren de Transitievisies Warmte opgesteld, waarin ze aangeven welke wijken als eerste de transitie naar aardgasvrij verwarmen maken en welke duurzame warmtebronnen er lokaal beschikbaar zijn. De vervolgstap is de concrete uitwerking in Wijkuitvoeringsplannen. Draagvlak onder bewoners en ondernemers is hierbij een continu aandachtspunt.

Woningcorporaties hebben afgesproken om in 2022 in totaal 100.000 woningen aardgasvrij te verwarmen. Met het grote aantal woningen in het bezit zijn woningcorporaties in staat om een startmotor te zijn achter de lokale warmtetransitie. Een grote uitdaging ligt in de betaalbaarheid van de aardgasvrije warmtevoorziening.

Een succesvolle aanpak begint volgens ons bij een integrale samenwerking tussen gemeenten, woningcorporaties en de andere spelers in de lokale warmtetransitie – van energiebedrijven en warmtenetwerkbedrijven tot vastgoedeigenaren en energiecoöperaties. Gedreven, deskundige en veelzijdige professionals vervullen hierin een sleutelrol. Door kennis en vaardigheden steeds verder te ontwikkelen, maken de professionals in de warmtetransitie daadwerkelijk het verschil voor de energietransitie van Nederland.

Wij geloven dat de warmtetransitie een succes wordt door professionals met kennis van zaken en het vermogen om de verandering te realiseren. Onze opleidingen en cursussen zijn speciaal ontwikkeld voor professionals uit de verschillende soorten organisaties die betrokken zijn bij de warmtetransitie.

Maak jij ook het verschil voor de duurzame warmte van Nederland? Bekijk ons aanbod opleidingen en incompany programma’s. Neem voor meer informatie gerust contact op met manager opleidingen Christien Reichardt via christien.reichardt@niwt.nl.

Back To Top